Bij draaipunten is geld te verdienen

De koers komt gewoonlijk twee keer voorbij

Als belegger zijn we steeds op zoek naar signalen en koerspatronen die wijzen op een draaipunt in de trend. Want op zo’n moment valt er wat te verdienen. Daarvoor heb ik ook zelf een aantal indicatoren ontwikkeld, die o.a. gebaseerd zijn op het voortschrijdend gewogen gemiddelde en opéénvolgende hogere of lagere toppen en dalen. Maar één van de belangrijkste hulpmiddelen hierbij blijft toch het principe van trendkanalen en de bijbehorende steun- en weerstandslijnen. Voor het gemak noem ik dat maar even de ‘grenzen’.

Want wanneer de koers op of in de buurt van zo’n grens komt, is de kans 50-60% dat er een draaipunt volgt. (Dat heb ik overigens niet precies uitgerekend. Maar dergelijke trendkanalen blijken in de praktijk nogal eens voor te komen. Dus de kans op een draaipunt bij de grenzen is meer dan 50/50. En als ik daar dan actie op neem, blijkt dat ik er in 40% van de gevallen toch naast zit. Vandaar 50-60%.) Dat neemt echter niet weg dat zo’n situatie toch het beste moment is om actie te nemen. Maar het betekent evenzeer dat er dus heel veel momenten zijn dat we dat niet doen. En rustig afwachten.

De koersgrafiek van Philips over het afgelopen driekwart jaar laat bijvoorbeeld zo’n trendkanaal zien. Dat is in dit geval dalend. Dus dat betekent dat we sowieso de aandelen links moeten laten liggen. Opties zijn dus de enige mogelijkheid om hierop in te spelen. Maar wat zijn nu de goede momenten om dat te doen? Welnu, we zien dat de koers in deze periode drie keer de bovenkant van het dalende trendkanaal heeft aangetikt. En twee keer de onderkant. (De eerste testen reken ik daarbij niet mee. Want toen was nog niet duidelijk dat er sprake was van een tendkanaal). In alle gevallen volgde er op zo’n moment een draaipunt binnen het dalende trendkanaal. Dus dat zijn de momenten dat we respectievelijk een calloptie hadden kunnen schrijven aan de bovenkant of een putoptie aan de onderkant. Liefst een beetje out-of-the-money en bij voorkeur op het moment dat het draaipunt er daadwerkelijk is. Dus als de koers voor de tweede keer voorbij komt.

Bij de AEX zien we een vergelijkbaar trendkanaal gedurende deze periode. Dus daarvoor gelden ongeveer dezelfde overwegingen. Een vijftal duidelijk actiemomenten. Eén daarvan (de laatste aan de bovenkant) pakte verkeerd uit. Met daartussen bijgevolg lange periodes, waarin we het beste maar rustig afwachten. Toch is ook daar nog wel iets meer over te zeggen. Want evenal bij Philips komen ook bij de AEX horizontale steun- en weerstandslijnen voor binnen het dalende trendkanaal. En ook zo’n horizontale steun- of weerstandslijn levert een kans van meer dan 50% op dat er een draaipunt volgt. Ook daar kunnen we dus een positie op innemen. Maar daarbij is het goed om ons te realiseren dat de kans dat we dan fout komen te zitten wel iets groter is dan bij de grenzen van het trendkanaal. Evenzeer levert het doorbreken van zo’n horizontale lijn een actiepunt op. Want steun wordt dan weerstand en omgekeerd. Dus bij een doorbraak is de kans meer dan 50% dat de koers vervolgens verder gaat stijgen of dalen.

Ook op dit moment doet zich bij de AEX een dergelijke situatie voor. De index is de bovenkant van het dalende trendkanaal vrijwel genaderd. Dus dat is op zich een moment om een calloptie te schrijven, bijvoorbeeld de Call AEX nov 330 of 335 voor respectievelijk € 5,85 of € 3,25. Maar tevens zien we op 323 een horizontale steunlijn, die in dit geval ook nog samenvalt met een Fibonacci retracement lijn. Dus daar kan de koers steun ondervinden, zoals de afgelopen dagen ook gebleken is. Het lijkt daarom beter om even te wachten totdat ook deze lijn uitgenomen is, alvorens deze callopties te schrijven. En dan het liefst weer bij een test van de bovenkant. Des te groter is immers de kans dat er een verdere daling zal volgen.

Kortom, ook het leven van een actieve belegger bestaat voor het grootste deel uit wachten op het juiste moment om in actie te komen. Net als de al vaker genoemde ooievaar en de kikker in het riet. Het verschil is dat een belegger rustig nog iets langer kan wachten dan de ooievaar. Die moet immers direct toehappen, zodra de gelegenheid daartoe zich voordoet. Maar als alles goed gaat, komt de koers altijd nog een tweede keer voorbij.

En beleggen is nu eenmaal leuker als het goed gaat.

Bert van Arkel