Kondratieff (deel II)
In mijn vorige column, Kondratieff (deel I), heb ik een inleiding gegeven in de Kondratieff-theorie. Eenvoudig gezegd komt zijn theorie erop neer, dat de economie zich ontwikkelt op een wijze die vergelijkbaar is met de wisseling van de vier jaargetijden. In dit tweede deel zal ik deze theorie verder toelichten, te beginnen met de lente. Lente (vroege inflatie, opbouw)
De groeifase van een economie, zoals we die nu in Brazilië, Rusland, India en China (BRIC) zien, duurt ongeveer 25 jaar. Wat in die periode opvalt, is dat consumenten hard werken en steeds meer producten willen bezitten. De werkloosheid is laag en de productiviteit en lonen gaan omhoog. De overheid is hier een redelijk passieve participant in de economie.
Zomer (late inflatie, groei)
Op een gegeven ogenblik komt er een moment dat men van die verkregen weelde wil gaan genieten. Men wil meer vakantie, meer pensioen en meer rechten. Er ontstaat gaandeweg wat sociale onrust. De zomer is aangebroken. Een mooie tijd, want iedereen is rijk, maar de eendracht waarmee men in de lente aan het werk was, is verdwenen. De rijkdom is enorm en vol optimisme stapt men maar zo in een ondoordachte oorlog. In 1812 vond een dergelijke oorlog plaats, maar ook bijvoorbeeld in 1865 in Amerika. In de periode 1914-1918 was er ook zo’n oorlog. En was Vietnam ook niet een overbodige ‘luxe’-oorlog? Werk is niet meer heilig en wat werk precies moet zijn, wordt heroverwogen. De oorlog die men vol optimisme is begonnen, is er mede oorzaak van dat de herfst haar intrede doet.
Herfst (desinflatie, oogst)
Uiteindelijk blijkt de groei gekeerd te worden door gebrek aan grondstoffen en eventueel willige werknemers. De wil om er collectief voor te gaan, is er niet meer. Men eist nu de rechten op basis van de verworvenheden op. Het zijn toch ook nog vaak tijden van groot optimisme, zoals we dat zagen in de roaring twenties 1920-1929, en ten tijde van de nieuwe wereldorde van Bush sr. (1982-2000). Grondstoffen worden schaarser en duurder. Door te sparen en te lenen, kan men nog lang op hetzelfde welstandniveau blijven leven en feesten, maar de volgende generatie ziet langzaam in dat ze niet zo welvarend zal worden als de vorige was. Er is ook niet meer voor iedereen werk. De herfst komt af en toe met een storm en geeft al een indruk van hoe de winter kan worden. De winter willen we geen van allen in, maar uiteindelijk komen we er toch omdat de economie de last niet meer kan dragen. Steeds minder mensen actief, steeds duurdere en schaarsere grondstoffen en de belastingen zijn veel en veel te hoog geworden.
De winter breekt aan (deflatie, slachting)
Hier gaat het mis. Het financieel bestel kraakt onder haar eigen gewicht en kan bezwijken. De in de herfst aangegane leningen worden onhoudbaar en onbetaalbaar. (Klinkt dit bekend?) Men kan zich niet langer meer uit de problemen lenen.
Opvallend is steeds weer de opkomst van religieus extremisme in de winter. De KKK rond en na 1865, de nazi’s in de jaren dertig en momenteel zien we het moslimextremisme en niet te vergeten de kliek waartoe Bush behoort, die in feite ook besloot de wereld te veroveren. In een klassieke winter zijn er drie depressie-jaren en 15 hersteljaren waarin de economie vlak blijft en daardoor op adem komt. Er is deflatie en lonen dalen dramatisch. Dit is de periode waarin we enorme oorlogen zien. We zijn boos op de buren en willen hebben wat zij hebben. In 1835 tot 1844 de Amerikaans-Mexicaanse oorlog, 1875 tot 1896 de Spaans-Amerikaanse oorlog. In 1929-1945 de periode van de Tweede Wereldoorlog en vanaf 2001 de oorlog tegen het terrorisme, Irak, Afghanistan en binnenkort Iran en Venezuela?
Voor Kondratieff was de winter de schoningstijd. In deze periode werden alle rotte plekken uit de economie gesneden. In feite werd de economie er weer gezond van en zo kon na verloop van tijd de lente weer aanbreken. Een beetje leuke winteroorlog kon ook zorgen voor een wat kleinere hoeveelheid arbeiders, zodat de werkloosheid via die weg ook een stuk minder werd en er minder monden te voeden waren. In de loop van de winter konden eerdere uitvindingen beter uitgewerkt worden en was er de tijd om innovaties een kans te geven. Juist die vreselijke oorlogen waren dan ook vaak tijden waarin veel nieuwe uitvindingen gedaan werden. In de omslag van winter naar lente zien we ook vaak dat de samenleving radicaal veranderd. Iets wat in de groeiperiode nog extreem gevonden werd, kan in de daarop volgende lente zomaar gemeengoed worden.
Waar staan we begin 2008?
In mijn ogen zijn er twee bewegingen gaande. In bijvoorbeeld Argentinië, Rusland en Brazilië heeft men de ineenstorting van schulden en de munt al achter de rug. De lente is er aangebroken. China en India zitten niet precies in eenzelfde situatie, maar ook daar is men overduidelijk lente-achtig bezig. Deze economieën lijken daarmee voor te lopen op het Westen, dat eind jaren negentig ook in dezelfde problemen had moeten komen, maar door Greenspan werd ‘gered’. Door toen de ‘ziekte’ niet uit te snijden, maar door haar door te laten rotten, zagen we in 2007 wederom een groot financieel schandaal. Amerika en Europa zijn daarom in feite in de winter blijven steken, terwijl de rest van de wereld al in de lente is gekomen. Het is nu de vraag, of Amerika, Japan en Europa de rest van de wereld terug de winter in trekken. Of zal de opbouw van waarde in de andere landen al zo snel gaan, dat die in de lente blijven en wij via die weg toch uiteindelijk relatief makkelijk door de winter heen komen. Gezien de koersverliezen op de beurzen, begin 2008, ziet het er voor dat laatste scenario niet best uit. De onwil van vooral Amerika om bedrijven failliet te laten gaan als ze dat verdienen, werkt tegen. Die instelling is pertinent niet kapitalistisch. De economie heeft het nodig dat het rotte fruit de mand uitgegooid wordt. Bedrijven en politici die de zaak bedonderden, moeten verdwijnen. Als dat niet gebeurt, zal dat slechte gedrag anderen stimuleren.
Ik schreef al eerder dat Bush in feite de meest beroerde president is die Amerika zich op dit moment zou kunnen wensen. Pas als hij uit beeld is, kan het echte kapitalistische Amerika weer opstaan en de lente doen aanbreken. Die lente kan in Europa en Amerika dan nog wel een jaar of vijf op zich laten wachten, maar hoe beroerder Bush het nu doet, des te gunstiger is het voor het aanbreken van de lente. Langzaam aan zal de wereld in de komende golf gelijk komen te lopen. Na een wat kortere Westerse lente (minder accumulatie van rijkdom) gaan we dan gelijk met BRIC mogelijk al wat sneller de zomer in. De zomer waarin de BRIC-landen hun luxe oorlogen zullen gaan ontketenen. Het Westen heeft dan die luxe niet meer.
Hoe ver kunnen de beurzen dalen in de wintertijd?
In een klassiek patroon verliest de beurs 90% van haar waarde. Als u denkt dat dat onmogelijk is, moet u eens kijken naar de grafiek van de Nasdaq. Die index daalde vanaf 5132 punten (10 maart 2000) naar 1620 punten (4 april 2001). Dit is een daling van bijna 70%. Het zag er voor de Nasdaq, waar de schoning wel heeft plaatsgevonden, dus redelijk klassiek uit. De Dow Jones, wiens bedrijven wel gered werden door de Fed, zag er duidelijk anders uit. Er werd wel veel verloren, maar lang niet genoeg om de winter uit beeld te krijgen.
De kans bestaat, dat we in het Westen al vanaf 2000 met de winter bezig zijn. De internet- en technologiesector heeft de depressie deels doorlopen maar zit er deels ook nog midden in. Kijkt u naar bedrijven als Ordina, LogicaCMG en een Getronics dat recent voor een appel en een ei door KPN is overgenomen. De bankensector zit er nu midden in. We zien daar nu koersdalingen die al dicht bij 70% komen. De Fed doet wat ze kan om de winter buiten de deur te houden, maar ondertussen wordt sector na sector ‘geschoond’. Het probleem is alleen dat er te weinig bedrijven definitief uit de economie gesneden worden. De dollardaling is ook een winteruiting. Ook daar zien we een daling die al extreem genoemd mag worden. We kunnen het ons amper indenken, maar de Dow Jones zou in een ideale correctie terug naar 2000 punten moeten corrigeren. Punt is alleen dat die index nogal raar wordt samengesteld en daarmee beter niet als voorbeeld kan dienen. De S&P500 is een meer representatieve index om naar te kijken. We zien in die index een dubbele top en een hoogste stand van 1576 punten en een laagste stand van 788 punten op 12 maart 2003. Dit een daling van ‘slechts’ 50%. De S&P500 zou in een klassieke beweging terug naar onder 300 moeten. We staan momenteel onder 1300 punten. Er is dus nog wel wat ruimte omlaag. Met de dubbele top die zichtbaar is, is die ruimte er technisch ook wel. Ik wil niet teveel als een doemdenker gezien worden, maar als we Kondratieff voor ‘waar’ aannemen, dan weten we dat het onafwendbaar is dat de S&P500 richting 300 punten zal gaan. Dat is als Amerika de winter nog niet werkelijk achter de rug heeft. De daling naar 768 punten lijkt simpelweg niet heftig genoeg voor de schoning die Kondratieff voor ogen had. Het is niet leuk om te constateren, maar ik kan het op dit moment niet anders zien. Het blijft de vraag of Kondratieff het bij het juiste eind had. Die conclusie moet ieder voor zich trekken.
Tom Lassing, Beursbox.nl
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!