Wat kosten beleggingsfondsen daadwerkelijk?

vraagteken-rechtenvrijBeleggen in beleggingsfondsen zorgt ervoor dat men geen rekening krijgt van de geleverde diensten. De kosten hebben invloed op het rendement doordat deze rechtstreeks vanuit het fondsvermogen worden betaald. Weinig belegger hebben door de indirecte kosten weinig oog voor de hoogte van de totale kosten. Maar wat kosten beleggingsfondsen daadwerkelijk? Daarom hebben wij alle kosten  hieronder eens voor u op een rij gezet.

Wat voor kosten? 

Als u gaat beleggen in beleggingsfondsen krijgt u vooral te maken met twee soorten kosten:

» Doorlopende kosten:

Dit zijn de kosten de jaarlijks in rekening gebracht worden ten laste van het fondsvermogen. De voornaamste kosten die doorlopend in rekening worden gebracht zijn de beheervergoeding, de transactiekosten die het fonds maakt om effecten (aandelen, obligaties etc) te kopen en allerlei operationele kosten (marketing, administratie, accountant, juristen etc).  De kosten beïnvloeden het rendement op een negatieve manier aangezien u hiervoor geen nota toegestuurd krijgt.

» Eenmalige kosten:

Hieronder vallen de kosten voor het aan- en verkopen van het beleggingsfonds bij de bank of uw broker. Voor elke partij verschillen deze kosten. Soms is instappen en/of uitstappen gratis, maar vaak wordt voor minsten één van transacties wel kosten berekend. Vaak zijn ook tijdens de lancering van een nieuw fonds deze aankooptarieven gratis.

Total Expense Ratio (TER)

De Nederlandse markt is erg ondoorzichtig omtrent de kosten van beleggingsfondsen . Dit komt door voornamelijk de AFM die veels laat op stoom is gekomen wat betreft de openheid. Naast de AFM ligt het ook bij de fondsaanbieders zelf, die uiteraard wel vaarden bij de hoge opbrengsten. Om toch nog enige duidelijkheid te scheppen heeft de AFM beleggingsfondsen verplicht om een Total Expense Ratio te berekenen en publiceren.  Dit berekenen fondsen achteraf, maar men moet vooraf wel een inschatting geven.

Toch is de term TER enigszins misleidend, het woord ‘total’ veronderstelt dat hierin alle kosten zijn verwerkt en dat is niet zo. Bij het berekenen van de TER worden de beheervergoeding, de operationele kosten, en de een eventuele performance fee wel meegenomen. Maar bepaalde kostenposten, zoals transactiekosten en de interestkosten die het fonds zelf maakt met het kopen en verkopen van effecten, worden er niet in meegenomen. Vooral het niet meenemen van de transactiekosten is van belang, omdat zij veelal een substantiële kostenpost vormen.

Omloopsnelheid

Om inzicht te krijgen in de kosten van de interne transacties zou u dus een jaarverslag moeten bestuderen. Echter hoeven de beleggingsfondsen  de transactiekosten niet te kwantificeren en kunnen ze deze transactiekosten verrekenen in de kostprijs van de effecten (ook hier dus ten laste van het beleggingsresultaat). Een goede graadmeter om toch hoogte hiervan te krijgen is om te kijken naar de omloopsnelheid van de portefeuille. Beleggingsfondsen zijn verplicht dit te vermelden in het jaarverslag. De omloopsnelheid geeft de totale waarde van alle transacties als percentage van het totale fondsvermogen. Een omloopsnelheid van 100 procent geeft dus aan dat de hoeveelheid  transacties precies gelijk is aan het fondsvermogen.

Yorick Schut

0 antwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.